Het woord 'muziekgeschiedenis' kan op minstens twee manieren worden geïnterpreteerd, namelijk als
- muziekvak op een conservatorium of universiteit
- historische aanduiding omtrent een bepaald geografisch gebied
Aansluitend valt in zuiver terminologisch opzicht dus te onderscheiden tussen
De muziekgeschiedenis als discipline, behorend bij het hoger onderwijs, kan zich bijvoorbeeld bezighouden met de muziekgeschiedenis van Zeeland of van andere, geografische gebieden. Een musicoloog kan bijvoorbeeld één of meerdere componisten en/of composities uit een bepaald tijdvak bestuderen. Die componisten en composities behoren dus tot de muziekgeschiedenis als periode.
Typisch muziekhistorische thema's zijn voorts muziekuitgeverijen en -organisaties. Van die laatste vormen de in Duitsland en later ook in Nederland gevestigde collegia musica een duidelijk voorbeeld.
Verder zijn ook organisaties als archieven en muziekbibliotheken nauw met de muziekgeschiedenis verbonden. Archieven herbergen soms waardevolle bronnen uit die geschiedenis, terwijl bibliotheken vakliteratuur leveren die door musici en musicologen kan worden bestudeerd. Archieven en bibliotheken vervullen aldus een waardevolle, faciliterende functie voor zowel leken als professionals.