Dit is een eigenschap van type Tekst.
A
Patiënt duidelijk vertellen dat vermoeidheid erbij hoort.
*Zorg voor ondersteuning in de huishouding;
*Weet wat de patiënt voor behandeling heeft gehad en de mogelijke consequenties daarvan;
*Naast lichamelijke oorzaken, ook aandacht voor de niet-lichamelijke, zoals hierboven ook beschreven zijn;
*Hulp kan aangeboden worden door de praktijkondersteuner geestelijke gezondheidszorg bij de huisarts (POH-GGZ), het maatschappelijk werk, de oncologieverpleegkundige, de wijkverpleegkundige, de psycholoog, de geestelijke verzorger en de diëtiste;
*Zelfhulp via internet bij het Helen Dowlinginstituut voor patiënten met borstkanker is beschikbaar;
*Er bestaan kenniscentra voor chronische vermoeidheid;
*Zie ook de tips voor de patiënt als aandachtspunten voor de professional. +
Rust, reinheid en regelmaat (RRR): goede zorg voor uw lichaam, ook qua voeding
*Leer grenzen te voelen en ernaar te luisteren;
*Probeer woorden te vinden voor uw gevoel en dat te delen met naasten en mensen in de zorg;
*Laat uw huisarts meedenken over mogelijkheden voor u;
*Leer hulp te vragen/accepteren uit uw omgeving; kan vrijwillig zijn of betaald en gestructureerd via thuiszorg of zelf georganiseerd;
*Lees erover zoals op sites van [http://www.kanker.nl kanker.nl] en patiëntenverenigingen;
*Er zijn inloophuizen, zoals Palazzoli;
*Er zijn dus mogelijkheden voor persoonlijk lotgenotencontact en via internet;
*Vaak kunt u een programma worden aangeboden via Herstel en Balans: gepaste activiteit geeft een beter gevoel van lichaam en geest dan passiviteit;
*Yoga en mindfulness kunnen bijdragen aan een beter gevoel. +
Verdeel het werk, neem taken over van de patiënt. +
Bespreek de angst met de hulpverlener of arts om te horen of het normaal is.
*Bezoek de controles volgens het schema.
*Als je iets vermoedt, blijf er niet mee doorlopen.
*Als de angst te groot wordt, zoek dan hulp.
*Zoek lotgenoten op. +
Geef aan dat de patiënt altijd terecht kan, ook voor onredelijk lijkende angstgevoelens.
*Neem angst en onrust serieus.
*Verwijs eventueel door naar een therapeut of psycholoog.
*Bied een mogelijkheid aan tot nazorg, bijvoorbeeld met een oncologieverpleegkundige +
B
Er zijn verschillende manieren om psycho-sociale hulp te krijgen.
*Als het ziekenhuis niet zelf psycho-sociale ondersteuning aanbiedt, vraag er dan naar. Ziekenhuizen zijn verplicht om deze ondersteuning aan te bieden.
*Soms hebben mensen er baat bij om bij onbekenden hun hart te luchten;
*Neem iemand mee naar het spreekuur zodat je samen kunt luisteren en waarmee je achteraf de zaken op een rij kunt zetten;
*Juist als de behandeling is afgelopen is het belangrijk om te praten over datgene dat gebeurd is. +
C
tijdens de chemokuur is het goed om aan beweging te doen, dit komt de genezing ten goede.
*Kies een sport of activiteit die bij je past;
*Als je je heel slecht voelt, ga dan wel om de anderen te zien en om eruit te zijn, maar sport dan niet mee;
*Ga naar buiten, dat komt de structuur ten goede;
*De chemokuur verslechtert de conditie, dat heeft invloed op de manier waarop je kunt sporten;
*Na de chemo zal de conditie weer verbeteren en is na ongeveer twee jaar weer op peil. +
D
Bij optreden van depressieve klachten of bij verergering daarvan is het verstandig altijd naar de huisarts te gaan.
*Neem ook hier eventueel iemand mee;
*Somberheid in combinatie met afvallen en andere lichamelijke verschijnselen is altijd een reden om de huisarts te bezoeken;
*Depressie of depressieve klachten zijn ook zonder medicijnen te behandelen. +
E
Neem altijd iemand mee naar de gesprekken met de arts om de informatie zo goed mogelijk te verwerken.
*Wees voorbereid op slecht nieuws, houd er terdege rekening mee.
*Geef aan dat je overdonderd ben en niet meer goed kunt luisteren.
*Vraag om een vervolggesprek.
*Bereid vragen voor die je eventueel kunt stellen.
*Neem het gesprek op met een recorder of maak aantekeningen. +
Zeg niet te veel tijdens het onderzoek. Trek de conclusies pas in een gesprek met de patiënt.
*Trek voldoende tijd uit voor een gesprek.
*Geef de patiënt de mogelijkheid om iemand mee te nemen.
*Biedt mogelijkheid tot nazorg en extra aanvullende vragen.
*Houd de inleiding kort, kom snel ter zake.
*Praat in heldere taal, wees duidelijk en geef niet te veel informatie.
*Wees eerlijk, maar hoopvol, geef aan wat er allemaal kan.
*Schets een zo compleet mogelijk beeld.
*Herhaal de boodschap desnoods de volgende keer, waarmee de patiënt ook de kans krijgt om erop terug te komen.
*Geef info op papier mee. +
Wees opmerkzaam ten aanzien van deze feiten, signaleer ze en benoem ze, zowel bij de patiënt als bij de naasten.
*Verwijs eventueel door naar een geestelijk verzorger, psycholoog, Palazzolihuis, coaches kanker en werk.
*Sommige mensen willen niet van alle details op de hoogte zijn, bespreek eventueel later meer als patiënt er meer ontvankelijk voor is. +
Benoem het taboe en maak het daarmee bespreekbaar.
*Humor kan een effectief middel zijn, zelfs zwarte humor.
*Zoek contact met lotgenoten.
*Trek eropuit, maak de wereld groter.
*Gebruik eventueel andere vormen van communicatie: schrijven, dichten, zingen. +
Zonder jezelf niet af en blijf openstaan voor anderen. Maak daarbij je gevoel en behoefte duidelijk.
*Spreek over de emoties met je naasten.
*Durf emoties toe te laten en geef jezelf tijd om eroverheen te komen.
*Zoek lotgenoten op.
*Ga op zoek naar afleiding, maar gebruik dat niet om voor de werkelijkheid te vluchten.
*Zoek professionele hulp als dat nodig is. +
Vraag gericht of er sprake is van gevoelens van eenzaamheid of isolement veroorzaakt door de ziekte.
*Stimuleer de patiënt om deze gevoelens te bespreken.
*Gebruik geen termen die de patiënt afschilderen als een te mijden persoon, bijvoorbeeld 'chemo-besmet'
*Probeer in te schatten of er eventueel professionele hulp nodig is in ernstige gevallen. +
Geef informatie over de emoties de patiënt tegen kan komen.
*Geef aan dat dit soort emoties erbij horen.
*Stimuleer de patiënt de emoties uit te spreken en te delen met zijn naasten.
*Geef informatie over de mogelijkheden om lotgenoten te ontmoeten in bijvoorbeeld inloophuizen en patiëntenverenigingen.
(Bij dit laatste kan de huisarts een belangrijke rol spelen.) +
G
Houd patiënt vast. +
Familie en patiënt hebben ieder hun eigen beleving over hoe ver de ziekte gevorderd is.
*Er zijn workshops voor partners van kankerpatiënten;
*Een bemiddelaar kan helpen om zaken bespreekbaar te maken of om de gevoelens van de patiënt te benoemen;
*Bedenk hoe je de palliatieve fase vorm gaat geven. +
H
Dient nog verder uitgewerkt te worden +
K
voor een patiënt is het belangrijk om na te gaan waar de onzekerheid vandaan komt of waardoor ze versterkt wordt. Komt ze bijvoorbeeld voort uit een behoefte aan meer informatie, of doordat de controle niet meer in eigen hand ligt, et cetera.
'''dit nog verder uitwerken''' +