De partner van de patiënt krijgt van alle naasten het meest voor zijn kiezen. Het ziekteproces kan de onderlinge band versterken, maar kan een relatie ook in zwaar weer brengen.
Mevr. Schoonenbrug[bewerken | brontekst bewerken]
Haar man heeft overal heel goed voor gezorgd. Hij deed de huishouding al. Hij was eerder met pension. Het enige waar hij zich nooit in verdiept had was de was. Hij kwam altijd op bezoek. Dat was fijn zo op die eigen kamer. Haar man en ze zijn twee verschillende types: een bèta en een alfa. Dat vult elkaar aan.
Meneer Schoonenbrug schrok van het nieuws over de ziekte van zijn vrouw. Er gebeurt iets dat nogal bedreigend is. In eerste instantie was het schrikken. Vervolgens was het voor hem afwachten hoe ernstig het zou zijn. Eerst naar de Spoedeisende Hulp, dan vervolgonderzoeken en gaandeweg werd duidelijk dat het serieus was. Ze moest in het ziekenhuis blijven. Hij was ongerust, vindt het moeilijk aan te geven hoe ongerust hij was. Bleek volgens de arts een goed operabel kwaadaardig gezwel aan de dikke darm te zijn.
Zo’n optimistische formulering, daar hou je je dan maar aan vast.
Mevr. van Harkel[bewerken | brontekst bewerken]
Mijn man en ik kregen samen ook psychologische begeleiding. Onze relatie kreeg het zwaar; ik werd opvliegend van de medicatie, mijn man was gefrustreerd over het leven dat we samen hadden. We kregen soms adviezen om dingen te doen samen die ons weer dichter bij elkaar zouden brengen. Mijn man heeft een drukke baan en veel werk thuis, maar maakt altijd tijd voor doktersbezoeken en therapie. Hij heeft een hekel aan praten over moeilijke dingen, dus wilde op den duur ook geen psychologische begeleiding meer. Ook vond hij het moeilijk al die gesprekken met doktoren, maar hij en mijn moeder gingen altijd mee naar de hematoloog.
Mijn man vindt het ook moeilijk om hulp te vragen en te accepteren. De vriendinnen van de jongens willen me ook echt helpen, maar dit houdt mijn man soms tegen. Hij wil alles zelf doen, staat soms al om 5 uur in de ochtend op om de was te doen en allerlei dingen.
Haar jongere zus: Relationeel verandert er ook heel veel in de relatie tussen man en vrouw. In het begin praatten ze veel met elkaar, maar dat werd later minder. Hij kon er slecht tegen dat mijn zus een ander mens werd en weet dat aan de medicijnen. Vooral in de periodes dat ze Dexamethason gebruikte was er veel conflict, onbegrip en blokkades tussen hen.
De heer R.[bewerken | brontekst bewerken]
Het is niet altijd makkelijk om de ervaringen echt met anderen te delen. Dit doen hij en zijn vrouw vooral onderling.
De angsten en grotere moeilijkheden bespreken we alleen onderling.
Mevrouw geeft aan dat er heel moeilijke momenten zijn geweest. Het zit heel diep. Naast andere zorgen over bijvoorbeeld kinderen, (schoon)moeder is het soms heel zwaar.
Aline van Oosten[bewerken | brontekst bewerken]
Aline heeft het hele traject (diagnose, behandeling, periode erna/nu) samen met haar partner doorlopen. Om de beurt zijn ze sterk en kwetsbaar. Hun band is sterker geworden.