Resultaten; conclusies en aanbevelingen
Visualisatie van de situatie (rijk plaatje)
Conclusies en aanbevelingen
De centrale onderzoeksvraag van het onderzoek luidt: ‘Wat is de meerwaarde van de plusklas voor leerlingen in de bovenbouw met een ontwikkelingsvoorsprong van Archipelschool De Sprong?’ Om de centrale onderzoeksvraag van het onderzoek te kunnen beantwoorden zijn drie deelvragen opgesteld. Per deelvraag zijn de deelconclusies beschreven, vervolgens is de conclusie op de centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek beschreven.
Deelvraag 1 - tegemoetkoming aan onderwijsbehoeften leerlingen
‘Op welke wijze wordt er tegemoetgekomen aan de onderwijsbehoeften van leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong op Archipelschool De Sprong?’
Door de leerkrachten van de bovenbouw van Archipelschool De Sprong wordt schoolbreed het SiDi-3 protocol aangehouden om kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong te screenen voor de plusklas. De kinderen die hieruit naar voren komen hebben speciale onderwijsbehoeften. Aan deze onderwijsbehoeften wordt binnen de plusklas tegemoetgekomen. Deze kinderen krijgen nu een keer per week een ochtend les in de plusklas. Hier zijn de betrokken leerkrachten en ouders zeer tevreden over. Echter is er geen school breed beleid met betrekking tot tegemoetkomen aan onderwijsbehoeften van kinderen met een grote ontwikkelingsvoorsprong binnen de reguliere klas. Kinderen geven aan dat ze op school niet heel veel leren. Dit heeft vooral betrekking op de reguliere klas. Leerkrachten hanteren verschillende manieren om in de klas tegemoet te komen aan de onderwijsbehoeften van kinderen met een grote ontwikkelingsvoorsprong. Ook wordt er extra uitdaging geboden in de groepen 5 en 6 door de RT’er voor in de reguliere klas. Groep 7 en 8 wordt hierbij uitgesloten.
Hieruit kan geconcludeerd worden dat er winst te behalen valt in het tegemoetkomen van onderwijsbehoeften in de reguliere klas doormiddel van school breed afspraken te maken. Echter wordt er op Archipelschool De Sprong zeker tegemoetgekomen aan de onderwijsbehoeften van leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. Er wordt 1x per week extra uitdaging geboden in de plusklas. Ook wordt er in alle reguliere klassen rekening gehouden met de onderwijsbehoeften van de leerlingen, alleen is dit niet in elke klas op dezelfde wijze.
Deelvraag 2 - leerervaringen
‘Wat zijn de leerervaringen van de leerlingen in de plusklas?’
De leerlingen van de plusklas zijn zeer tevreden over de plusklas. Iedere leerling gaat met plezier naar de plusklas. Ouders en leerkrachten bekrachtigen dit en geven ook aan dat kinderen met veel plezier naar de plusklas gaan. De meerderheid van de leerlingen geeft aan niks te missen in de plusklas, hierdoor wordt duidelijk dat de kinderen tegemoetgekomen worden aan hun onderwijsbehoeften. Ze hebben uitdaging in de plusklas.
Ouders, leerkrachten en IB’er geven aan tevreden te zijn met de plusklas. Echter mist er inzicht in het leren binnen de plusklas. Er is vanuit de plusklas weinig terugkoppeling. Kinderen vinden dit lastig om te vertellen, waardoor ouders en leerkrachten weinig zicht hebben op wat er precies gedaan en geleerd wordt in de plusklas. Hierdoor is het beoordelen van de plusklas lastig voor de ouders, leerkrachten en IB’er. Hieruit kan geconcludeerd worden dat kinderen tevreden zijn en met veel plezier naar de plusklas gaan. Ouders, leerkrachten en IB’er zouden graag nog wat meer inzicht hebben in wat er geleerd en gedaan wordt in de plusklas. Zo krijgen de betrokkenen een beter beeld en kunnen zij beter aangeven wat zij van de plusklas vinden. De algemene leerervaringen van leerlingen in de plusklas is dat zowel de kinderen als de betrokkenen tevreden zijn, echter is er nog winst te behalen door middel van inzicht voor de betrokkenen.
Deelvraag 3 - verwachtingen
‘Wat zijn de verwachtingen van de plusklas?’
Van tevoren hadden alle betrokkenen een verwachting van de plusklas. De leerlingen van de plusklas hadden vooral de verwachting dat het leuk en moeilijk zou worden. Deze verwachting is volgens de kinderen uitgekomen. Ouders, leerkrachten en IB’er hadden allen verschillende verwachtingen van de plusklas echter geven de meeste betrokken aan dat deze verwachting is uitgekomen. Het was voor sommigen lastig te beoordelen doordat er weinig inzicht is in de plusklas, het is daarom lastig te zeggen of de verwachting is uitgekomen.
Voor in de toekomst geven de meeste leerlingen aan dat het voor hen op deze manier verder mag gaan. Ouders geven veel pluspunten over de plusklas zoals deze nu is. Het zijn vooral kleine puntjes die ouders benoemen, zoals inzicht en meer individuele aandacht. Leerkrachten en IB’er hebben een ideaalbeeld voor in de toekomst, ook dit ideaalbeeld is verschillend. Er wordt echter wel door meerdere aangegeven dat de plusklas uitgebreid mag worden naar meer uren, omdat er in de reguliere klas niet altijd aan de onderwijsbehoeften die deze leerlingen nodig hebben tegemoet gekomen kan worden. Dit gebeurt in de plusklas wel.
De plusklas op de huidige manier is voor het grootste deel in orde en kan, volgens alle betrokkenen, zo doorgaan. De grote lijnen van de verwachting, uitdagend en verrijkend onderwijs waarbij er tegemoetgekomen kan worden aan de onderwijsbehoeften van de leerlingen is dus uitgekomen.
Centrale onderzoeksvraag - meerwaarde plusklas bovenbouw
‘Wat is de meerwaarde van de plusklas voor leerlingen in de bovenbouw met een ontwikkelingsvoorsprong van Archipelschool De Sprong?’
Dit onderzoek toont aan dat de plusklas wel degelijk een meerwaarde is voor de leerlingen in de bovenbouw met een ontwikkelingsvoorsprong van Archipelschool De Sprong. De leerlingen geven aan dat ze met veel plezier naar de plusklas gaan, waarbij ze het idee hebben dat ze worden uitgedaagd. Er wordt door middel van de plusklas tegemoetgekomen aan de onderwijsbehoeften van de leerlingen met ontwikkelingsvoorsprong. Leerkrachten kunnen dit in de reguliere klas niet altijd voor elkaar krijgen, waardoor de leerkrachten dit zeker als een meerwaarde zien. De leerlingen krijgen door middel van de plusklas de onderwijsbehoeften die ze nodig hebben.
Ouders en leerkrachten hebben weinig zicht op wat er in de plusklas gebeurt, wanneer dit wel het geval is zou de plusklas een nog grotere meerwaarde kunnen zijn, omdat de ouders en leerkrachten dan kunnen zien waarom de kinderen zo enthousiast zijn. Er is dus door zowel de leerkrachten als ouders een gedeelde behoefte in inzicht.
Het is noodzakelijk om met alle betrokkenen van de plusklas te communiceren, hierdoor wordt het effect van de plusklas groter en kunnen alle betrokkenen de meerwaarde van de plusklas inzien.
Geraadpleegde literatuur
Barneveld, S., Mooij, T., & Walraven, A. (2015, april). Optimaal onderwijs voor excellente leerlingen.
Daeter, B. (2012). Hoogbegaafde kinderen; Leonardo-onderwijs. Soesterberg: Aspekt.
Francken, S., & Tromp, S. (2013). Excellentie en de leeromgeving. Utrecht: Universiteit Utrecht.
Freijsen, R., & Kruunenberg, J. (2013). Aanpassen is geen optie. LoopbaanVisie, 41-46.
Jager, A., & Castelijns, J. (2001). Uitdagend onderwijs. Amersfoort: CPS uitgeverij.
Kieboom, T. (2015). Hoogbegaafd. Tielt: Lannoo.
Mooij, T. (2010, november 9). Schoolontwikkeling en optimalisering van leerprocessen. Open universiteit.
Westerlaken, M., & Jager, M. (2012). Zijn meerbegaafde leerlingen in de plusklas gemotiveerder dan in de stamgroep? Utrecht: Universiteit Utrecht.