Diagnose door behandelend arts[bewerken | brontekst bewerken]
Inleiding[bewerken | brontekst bewerken]
Soms krijg je diagnose vrij snel, soms gaat er een langere periode van onzekerheid aan vooraf.
De diagnose komt binnen als een bom:
“Alles staat stil op het moment van de diagnose. Er is het besef dat je kan sterven.”
Alles komt in een stroomversnelling. Bijkomende onderzoeken kunnen plaatsvinden zodat de juiste behandeling kan worden voorgesteld. Op het moment van de diagnose is er vaak nog onduidelijkheid over deze behandeling.
Je behandelend arts zal je vragen of je een “briefje voor je werk” nodig hebt. Meestal is er niet veel tijd en ruimte om verder in te gaan op hoe je “werken” zelf ziet, en zal de arts je zelf hiertoe het initiatief laten nemen. Als je (deels) aan het werk wil blijven, bespreek dan deze mogelijkheid met je arts. Hij kan inschatten welke effecten de behandeling zal hebben op jou zowel fysisch als psychisch.
Waarom het belangrijk is?[bewerken | brontekst bewerken]
Het is belangrijk dat je je visie ten aanzien van werk bespreekt met je arts. Hij verwacht dat je zelf initiatief neemt om hierover te praten als dit je bezighoudt. Werk kan voor jou deel uitmaken van je algemeen welzijn. Een inschatting die vanuit medisch perspectief soms over het hoofd wordt gezien.
Er zijn ook nog andere opties dan meteen in ziekteverlof te gaan.[bewerken | brontekst bewerken]
Misschien wil je in het begin nog even aan het werk blijven?
“Ik voelde me nog niet ziek. Het is pas als de chemo startte dat ik klachten begon te hebben. Om die reden heb ik nog even doorgewerkt.”
Of zou je tijdens de behandeling zelf deeltijds aan de slag willen blijven? Dit kan steeds geëvalueerd en bijgestuurd worden. Ga het gesprek hierover aan met je huisarts, behandelend arts of de oncologieverpleegkundige. Vaak gaat je omgeving op de rem staan uit bezorgdheid. Maar het is aan jou om in samenspraak met het behandelend team te bekijken wat het beste werkt voor jou.
“Het werk biedt mij houvast; die dagelijkse routine is een bron van structuur.”
“Werk biedt mij enige afleiding; het is fijn om eens een babbel over iets anders te hebben.”
“Ik ben meer dan een zieke persoon. Ik kan wel degelijk nog dingen. Als ik werk, heb ik het gevoel dat ik nog meetel.”
Tips, Tricks en Tools[bewerken | brontekst bewerken]
Advies[bewerken | brontekst bewerken]
Start al met communiceren op je werk in de periode dat je allerlei onderzoeken moet doen.
Checklist[bewerken | brontekst bewerken]
Hoe ga ik het gesprek met mijn arts aan rond werk?[bewerken | brontekst bewerken]
- Jouw arts is expert op medisch vlak
- Ga er van uit dat jouw arts de expert is op medisch vlak omtrent jouw ziekte en de behandeling die zal volgen.
- Jij bent expert op vlak van jouw welzijn en de impact op jouw leven en werk
- Jij bent expert op vlak van de impact van jouw diagnose. Jij bent het immers die de ziekte en de behandeling met al zijn (neven)effecten (letterlijk) aan den lijve ondervindt. Vertrouw dus op jezelf en leer goed te luisteren naar wat je lichaam jou vertelt.
- Jij bent eveneens expert over je job. Jij weet beter dan wie ook wat je dag in dag uit doet op je werk. Wat je doet en hoe je het doet. Sta daar bij stil.
TIP 1: Bereid je goed voor.
- Wat wil je weten?
- Planning
- Medicatie
- Haalbaarheid om te werken tijdens de geplande onderzoeken
- Haalbaarheid om te werken tijdens behandeling
- Medische blik uit ervaring?
- Mogelijkheden om te blijven werken met extra ondersteuning?
TIP 2: Neem iemand mee die als extra paar oren kan dienen.
Meer info over vragen die je kan stellen in functie van je werk, als voorbereiding op je gesprek met je werkgever vind je bij "Werkafspraken maken"
Meer weten?